In de Nederlandse boardroom is te weinig oog voor de strategische potentie van digitalisering. Bestuurders en commissarissen zien vooral bedreigingen en weinig kansen. Verder ontbreekt het vaak aan inzicht en ervaring op dit terrein, zo blijkt uit de Nulmeting digitale transformatie. Het onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van Nationaal Register en Nederland ICT, in samenwerking met VNO-NCW.
Onze ervaring is dat ICT als domein wel is toegedeeld aan het takenpakket van een commissaris, maar dat inhoudelijke kennis bij hem/haar dikwijls ontoereikend is. Om een volwaardig gesprekspartner voor de CIO te zijn, is veel meer nodig dan alleen ICT als aandachtsgebied bij een commissaris neer te leggen. Uit het onderzoek komt naar voren dat het belang van ICT en digitale transformatie breed wordt erkend. Het thema wordt echter vooral operationeel en vanuit risicomanagement benaderd. In een kwart van de boardrooms ontbreken kennis en inzicht over digitale transformatie. Terwijl hier vaak kansen liggen voor de continuïteit van de organisatie, daar gaat het tenslotte om.
Voor de strategische vertaling van digitalisering zijn twee dingen nodig: gerichte kennis/inzicht en het vermogen om de slag te maken van denken naar doen. Het zijn beide zorgpunten, zo blijkt uit het onderzoek. Slechts een derde van de respondenten heeft een gedetailleerd beeld van de effecten en consequenties van digitalisering. De kennis in besturen en RvC’s/RvT’s blijft achter. In ongeveer een kwart van de gevallen is er geen kennis of ervaring met digitale transformatie in de boardroom.
Feit is dat de CIO behoefte heeft aan een sparringpartner in de RvC. Niet zozeer vanuit het controle of bedrijfsvoeringsperspectief, maar meer vanuit het denken in de combinatie van innovatie en ICT. Vaak wordt daarbij vooral gekeken naar de risico’s voor de organisatie. Echte kennis over de toepasbaarheid en wenselijkheid van technologie ontbreekt vaak bij toezichthouders, waardoor de afhankelijkheid van de inzet van externe expertise te groot wordt. Daarbij komt dat de specifieke ICT-kennis nog te vaak geconcentreerd is bij slechts één perspoon: de CIO. De doorvertaling naar de strategie van de organisatie is een essentieel aandachtspunt en daarvoor mist de CIO een gelijkwaardig intern overlegorgaan. Ondanks brede erkenning van het belang van digitale transformatie wordt de strategische potentie ervan ernstig onderschat.
Ons advies: Overschat de eigen expertise op het gebied van digitalisering niet. Verken als bestuurder en commissaris of toezichthouder het werkelijke kennisniveau. Voeg bij de selectie van nieuwe commissarissen expertise in digitalisering toe aan het profiel en maak digitale transformatie een vast onderdeel van de vergaderagenda. Hoe fijn is het voor de andere leden binnen een RvC wanneer er een commissaris is die IT ademt vanuit een toezichthoudende rol?
Schaekel & Partners helpt bij de zoektocht naar de te vinden ICT-commissaris. Een specifieke rol met een specifiek thema. Geen hype, maar noodzaak. En handig, maar zeker een heelmeester!
De ICT Commissaris: nut, noodzaak of hype?
Wij vroegen Marijn Pijnenborg, zelf commissaris, naar haar mening op deze stelling: “Ja, de ICT- Commissaris is een hype, maar wel een heel goede. En deze hype zal vanzelf overgaan in common business. De ICT-kennis zal op termijn nog breder beschikbaar moeten zijn. Een expert in digitale transformatie is meestal geen expert op het gebied van de security. Dus alle commissaris- aandachtsgebieden (van HR tot Finance) hebben in de toekomst een digitale/IT component.
Even terug naar nu. Wat is er vandaag nodig? Meer kennis en zeker ook ervaring met ICT-onderwerpen. Maar nog belangrijker: meer tijd voor deze onderwerpen. ICT is geen onderwerp meer voor een incidentele bijscholing van de RvC, maar een structureel en substantieel onderdeel van de agenda.”
Marijn Pijnenborg is ondernemer, commissaris en angel investor met een passie voor de digitale transformatie. Marijn hoort bij het relatief kleine aantal vrouwelijke internetondernemers dat Nederland telt. Ze zoekt graag naar manieren om stugge markten, bijvoorbeeld die van huizen en auto’s, voor consumenten leuker te maken.